geplaatst door Nathalie Hoogeveen op 15 november 2022 om 20:18
Hola!
Terwijl ik dit schrijf, ben ik mijn tanlines aan het wegwerken op een Spaans strand.
In deze negende update vertel ik waar ik zo nodig van moet bijkomen, hoe de laatste weken in Noorwegen en Zweden waren én wat onze plannen voor de rest van het jaar zijn.
Na bijna drie weken in Nederland vlogen we begin oktober naar Zuid-Spanje met grootse, avontuurlijke plannen. Ik wilde weer door de bergen trekken, in primitieve hutjes slapen en douchen met water uit een bidon. Maar na anderhalve week dwalen door Andalusië viel niet te ontkennen dat ik stiekem toch veel meer hunkerde naar een weekje niksen aan een Spaanse Costa. Dat had alles te maken met hoe ik me voelde: moe, futloos en daardoor ook een beetje gefrustreerd.
Gelukkig is hier wel een logische verklaring voor.
Een dag voordat we naar Malaga zouden vliegen, voelde ik me niet goed. Tijdens het inpakken van de fietsdozen besloot ik om toch maar een corona-test te doen. Waar ik al het hele jaar bang voor was, gebeurde precies op dit onhandige moment: ik testte positief. Er zat niks anders op dan de vlucht om te boeken in en te wachten tot ik me weer beter ging voelen.
Toen ik weer een beetje de oude was en uit quarantaine mocht, vlogen we toch zo snel mogelijk naar het zuiden. Maar de eerste dagen op de fiets herkende ik mezelf totaal niet terug. Ik voelde me slap en van mijn goede fietsconditie leek helemaal niks meer over. We hadden voor een route over onverharde paden gekozen, waar ik na een paar dagen al flink van baalde. Er zaten hele mooie stukken tussen, maar veel hellingen waren zo steil dat ik kilometers omhoog moest lopen met mijn bepakte fiets.
Na een paar dagen ploeteren zag ik het even niet meer zitten. Ik liep op mijn tandvlees, maar toch bleven we gewoon doorgaan met wat we al maanden gedaan hadden. Hoe moest ik dan tot rust komen? Ik zal het maar eerlijk toegeven: op een bankje in een Spaans gehucht barstte ik in huilen uit. Een duidelijk teken dat we iets moesten veranderen. Voor die avond zochten we een goedkoop hotel en de week daarna bleven we op elke camping een dag extra. Ook dat hielp niet, waarschijnlijk omdat we ondertussen toch gewoon doorgingen met het maken van lange dagen op de fiets – we konden het niet laten. Er was ook nog zo veel te zien!
Inmiddels is het kwartje wel gevallen. Het was tijd om echt even goed uit te rusten en op krachten te komen. We vonden een betaalbaar appartementje aan de Costa Tropical, waar we een hele week bleven.
Ik moest echt even een knop omzetten, want dit was geen plek die op mijn lijstje stond om ooit te bezoeken. Ik houd nu eenmaal niet zo van strandvakanties en word dan al snel onrustig. Maar hier kon ik wel even goed kan slapen, niksen en uitgebreid koken – er was namelijk een keuken met oven! Even geen avontuur, dus. Eerst vond ik het moeilijk te accepteren, maar dit hoort er blijkbaar ook bij. Nu ben ik vooral heel dankbaar dat ik de vrijheid had om deze keuze te maken.
In de laatste acht updates heb ik geschreven over vele verschillende hoogtepunten. Over bijzondere ontmoetingen, prachtige landschappen, een heerlijk gevoel van vrijheid en fysieke kracht. Vijfennegentig procent van de tijd is dit avontuur ook geweldig. Maar ik voel toch ook de behoefte om eerlijk te zijn over die andere vijf procent. Ook als je doet waar je al zo lang over droomde, kun je je slecht voelen en het even niet zien zitten.
Bushokje
Zo’n moment had ik aan het einde van onze reis in Scandinavië ook. Dit schreef ik in september, ergens in het binnenland van Zweden, in mijn notitieboekje:
Scandinavië is prachtig, maar het hoge noorden heeft ons de afgelopen weken ook flink getest. De conclusie: we zijn niet van suiker, maar je hoort mij niet zeggen dat het na vijf maanden op reis echt leuk is om hele dagen in de stromende regen te fietsen. Sterker nog, de laatste tijd heb ik al meerdere keren verlangd naar een huis, een kachel en een hete douche.
Die dag waren we tijdens het fietsen even gestopt om in een bushokje te schuilen. Het kwam met bakken uit de lucht en het zag er niet naar uit dat het voor het einde van de middag nog droog zou worden. Opeens was ik er helemaal klaar mee. Ik had helemaal geen zin om na een hele dag fietsen in de regen een tent op te zetten en daar doorweekt in te gaan liggen. Ik wilde naar huis.
Anton blijft op dat soort momenten heel rustig en realistisch. Toen ik klaar was met balen, stapten we toch weer op. Na een uur werd het droog en we hadden een prima, droge avond. Het komt altijd wel weer goed.
Tot zover de ‘dieptepunten’, hoor. Want inmiddels denk ik met heel veel weemoed terug aan die tijd in Noorwegen en Zweden. Sterker nog: elke keer als ik hier in Spanje een Noors kenteken zie of iemand Zweeds hoor praten, wil ik terug. Ik voelde me daar meer op mijn plek dan in elk land waar ik tot nu toe ben geweest.
Kanotocht in Noorwegen
In mijn vorige update (hier terug te lezen) schreef ik dat we na vijf weken in Noorwegen richting het oosten fietsten. De laatste dagen in Noorwegen lieten we de fietsen even staan om iets anders te gaan doen: we huurden een kano om een tocht van drie dagen te maken op een paar kleine meren bij de Zweedse grens. We sloegen eten in en propten de kano vol met al onze kampeerspullen. Een heel nieuwe manier van reizen voor ons, die heel goed beviel. In de meren lagen allerlei kleine eilandjes, waar we na een dag ronddobberen onze tent op konden zetten en een vuurtje konden maken. Afgezien van een paar kwetterende vogeltjes was het er doodstil. We lazen veel en filosofeerden over ons leven na deze reis.
Na drie dagen waren we helemaal opgeladen en hadden we veel zin om Zweden te ontdekken. Onze fietsen, die we in een schuurtje bij de kanoverhuur mochten stallen, hadden we toch wel een beetje gemist. Toen we ze weer ophaalden, voelde het alsof we onze kinderen na een weekendje logeren weer terugzagen.
Ons plan was om Zweden te doorkruisen, Stockholm te bezoeken en daarna weer terug te rijden naar Oslo, waar we aan onze terugreis naar Nederland zouden beginnen.
Zweedse meren, gravel en shelters
De eerste dagen in Zweden wisten we niet wat we meemaakten. We fietsten hele dagen over gravelpaden zonder ook maar een levende ziel tegen te komen. We sliepen op prachtige plekken, vaak bij meertjes, waar we alleen af en toe gestoord werden door zwermen zoemende muggen.
Een van de hoogtepunten de reis door Zweden vond ik de Vasaloppet-route. Dat is een soort Zweedse elfstedentocht, maar dan voor langlaufers. Sinds 1922 bestaat de race over 90 kilometer en er doen elk jaar 15.000 mensen aan mee. Een gemiddelde amateur doet er zo’n tien uur over. In de zomer, als er geen sneeuw ligt, kun je over de route fietsen.
We waren al snel heel enthousiast over de route, want die ging over bijna alleen maar onverharde bospaden. Best wel pittig was het ook, want het was zeker niet vlak. Soms moesten we wel opletten, want delen waren erg hobbelig met scherpe stenen. Onze fietsen zijn op zich wel geschikt voor wat ruiger terrein, maar met de zware bepakking is dat gestuiter toch niet zo fijn. Met een lekker zonnetje erbij was het wel echt genieten, juist ook door de uitdaging.
Luxe in Stockholm
Na nog een paar ontspannen fietsdagen kwamen we aan in Stockholm, waar we mochten logeren bij Katarina. Ik had contact met haar via Warmshowers en het is altijd best spannend bij wie je dan terecht komt. Maar ook nu waren we weer helemaal verbaasd. Katarina is van onze leeftijd en woont in een enorm appartement vlakbij het centrum van Stockholm. Ze was net terug van vakantie en daardoor flink druk met werk en afspraken, dus na een korte rondleiding gaf ze ons de sleutel en de wifi-code en hadden we het hele huis voor onszelf. Later vertelde ze dat ze groot fan is van mensen die zulke reizen zoals de onze maken en dat ze het daarom leuk vindt om Warmshowers-host te zijn.
We bleven drie nachten bij Katarina en genoten van de luxe in de stad, waar we onszelf trakteerden op een heleboel Zweedse lekkernijen bij de uitstekende bakkerijen. Ik zou iedereen aanraden om een keertje naar Stockholm te gaan: wat een leuke stad!
Hoe leuk het ook was in Stockholm, na drie dagen waren we wel weer blij dat we op de fiets zaten. Op de terugweg naar Oslo kampeerden we twee weken lang bijna elke nacht op een prachtig plekje in de natuur. Soms regende het – het begon inmiddels al herfst te worden – maar na een paar keer verregend te zijn hadden we de tactiek om op die momenten een shelter te zoeken, waar er heel veel van zijn in Zweden.
Die laatste weken had ik vaak een dubbel gevoel. Ik had soms wel zin om naar huis te gaan. Maar nu het dichterbij kwam, wist ik ook dat ik dit vrije leven in de buitenlucht enorm zou gaan missen.
Met die gedachten en nog veel meer reden we Oslo binnen. Iets meer dan twee maanden nadat we hier waren begonnen aan onze rondreis door Noorwegen en Zweden, vijf maanden nadat we waren begonnen aan deze trip in Athene. We fietsten naar een camping op een heuvel iets buiten de stad. Bij een uitzichtpunt stopten we even om naar Oslo te kijken. Daar werden we allebei een beetje emotioneel. We dachten terug aan het begin op het Griekse vliegveld en in een paar seconden vloog de hele reis door ons hoofd. Al die kilometers op de fiets (ruim 7.500), alle mensen die we hebben ontmoet, de prachtige momenten, de uitdagingen. Het is moeilijk te omschrijven hoe dat voelt, maar ik kan het samenvatten in een paar woorden: blijdschap, dankbaarheid en trots.
Die avond lieten we ons kookpotje lekker in de tas en liepen we naar een Indiaas restaurant in Oslo, waar we het einde van deze reis vierden met curry en een bier.
En nu? Ons reisjaar is nog niet voorbij. Nadat we (hopelijk) enorm uitgerust zijn in Spanje, vliegen we eind november naar Thailand. De fietsen nemen we mee, want ondanks de uitdagingen blijft fietsen het allermooiste wat er is.
hongerklop.cc . Alle rechten voorbehouden.