geplaatst door Nathalie Hoogeveen op 3 februari 2023 om 11:59
In de laatste dagen van 2022 zat ik twee dagen achter elkaar zeven uur op een boot. We voeren over de brede Mekong-rivier door Laos, de fietsen waren provisorisch op het dak gebonden. Terwijl ik over het water tuurde, af en toe checkend of de fietsen niet in het water gleden als de boot flink schommelde, dacht ik aan dit blog.
Tweeënhalve maand geleden plaatste ik mijn laatste update. In dat bericht stond onder andere dat het even niet zo lekker ging, dat het tijd was voor een pauze. Sindsdien heb ik me voorgenomen om nog meer te genieten en mezelf minder verplichtingen – zoals het schrijven van een blog – op te leggen.
Op die Laotiaanse boot probeerde ik het hele afgelopen jaar op een rijtje te zetten. 2022 was het jaar waarin ik samen met Anton negentien landen door fietste, honderden herinneringen maakte en de prachtigste dingen zag. Maar de mensen die we onderweg ontmoetten en iedereen die (digitaal) met ons mee reisde, maakten het jaar pas écht onvergetelijk.
Alle onbekenden die ons – gevraagd of ongevraagd – hielpen in nood, alle mensen die ons voor even opnamen in hun familie, voor ons kookten, hun huis met ons deelden, een duimpje naar ons opstaken terwijl we bijna omvielen op een veel te steile klim.
En al mijn lieve familie, schoonfamilie, vrienden, kennissen, collega’s en onbekenden die ook na 10 maanden nog steeds enthousiast blijven reageren op onze verhalen. Ook jij dus!
Afgelopen jaar leerde ik dat alles mooier is als je deelt. Daarom is het nu hoog tijd voor een nieuwe update. Veel leesplezier!
Eind november stopten we onze fietsen voor de vierde keer dit jaar in een doos. Het laatste deel van onze reis begon met een vlucht van Schiphol naar Bangkok. Bij de incheckbalie bleken we meteen een klein probleem te hebben. We hadden namelijk nog geen terugreis geboekt en daardoor mochten we niet mee op de vlucht. De reden? Volgens de vliegtuigmaatschappij konden we hierdoor problemen krijgen met een visum voor Thailand en dan moesten ze ons weer mee terug naar Nederland nemen.
We wisten al dat dit zou kunnen gebeuren, maar we hadden toch de gok genomen omdat we graag flexibel wilden zijn. We willen pas later beslissen van waar en wanneer we terug vliegen.
Gelukkig was er wel een oplossing: als we snel een ticket boekten waarmee we konden aantonen dat we Thailand binnen 45 dagen weer zouden verlaten, mochten we mee. Een beetje gestrest zochten we op onze telefoon naar tickets. Anton vond een busreis van Bangkok naar Laos voor €50. Dat leek de goedkoopste optie die we konden vinden, dus we boekten snel. Toen we de kaartjes lieten zien, mochten we gelukkig inchecken. De grondsteward hoefde niet te weten dat we deze bus helemaal niet zouden gaan nemen… we gaan natuurlijk lekker met de fiets!
Na een paar dagen bijkomen van de jetlag, pittige curry eten en tempels bekijken in Bangkok namen we de nachttrein naar het noorden van Thailand. Het was een lange reis van 13 uur in een rammelende wagon, maar het lukte toch om een beetje te slapen in ons provisorische bed. De volgende ochtend werden we wakker in een groen en bergachtig landschap. In het charmante Chiang Mai treuzelden we nog een paar dagen voordat we op de fiets stapten, maar na het zoveelste bezoek aan een night market begon het toch wel weer te kriebelen.
We begonnen onze fietstocht met een pittige uitdaging: we gingen de Mae Hong Son-loop fietsen. Dat is een populair rondje onder backpackers, reizigers zonder fiets dus. Die huren dan een scooter in Chiang Mai en rijden een ronde van 600 kilometer door het noorden van Thailand, langs verschillende mooie plekken. Dat kan vast ook op de fiets, dachten wij. Dat bleek toch iets minder makkelijk dan we dachten. De route was op plekken ontiegelijk steil. Zo steil (+20%) dat ik meerdere keren heb moeten lopen. Dat maakt niet uit, want zo kom je ook boven, maar na een paar weken niksen was het flink bikkelen. Het waren absoluut de zwaarste dagen van het jaar op de fiets, maar we werden dan ook rijkelijk beloond met mooie uitzichten, lekker eten en een kneiterhard, opgemaakt bed elke avond.
Een van de redenen dat we naar Azië zijn gegaan, is dat we graag wat ‘makkelijker’ wilden reizen. Het kamperen in Europa was geweldig, maar het kostte ook veel tijd en energie om elke dag weer een nieuwe kampeerplek zoeken, de tent op te zetten, boodschappen te doen en te koken na een lange dag op de fiets. We keken er naar uit om ‘s avonds in te checken bij een hotel, een douche te nemen en een bord rijst te bestellen in een restaurant. In Europa was dat met ons budget geen optie, maar in Thailand kan dat wel.
Vaak lukt het hier om voor zo’n tien euro per nacht een kamer in een guesthouse te vinden, maar daarmee zitten we wel aan de onderkant van het segment. De meeste kamers waarin we slapen zijn niet zo schoon en hangen vol met spinnenwebben. De bedden zijn negen van de tien keer zo hard dat we al een paar keer ons luchtbedje hebben opgeblazen.
En ook de Thaise indeling van de badkamer is bijzonder, heb ik inmiddels geleerd. Het is hier gebruikelijk om de douche pal naast de wc te monteren. Altijd zonder douchegordijn, waardoor de bril altijd nat wordt en je na het douchen natte voeten krijgt als je naar het toilet moet.
We hebben de tent trouwens ook mee. Je blijkt verrassend goed te kunnen kamperen in Thailand!
De slechtste kamersituatie troffen we aan in Mae Hong Son. Na een hele zware rit met meer dan 2.500 hoogtemeters besloten we een dag in het fraaie, rustige dorpje te blijven. In onze gereserveerde kamer lagen een paar matrassen op de grond en het had een viezig badkamertje. Na wat verwarring over de kosten van de kamer – de mevrouw bleef herhalen dat we zestig baht (€1,60) moesten betalen, wat uiteindelijk zeshonderd baht (€16) bleek te zijn – installeerden we ons in ons nieuwe onderkomen.
In de loop van die middag begonnen we ons allebei een beetje misselijk te voelen. Misschien door het ontbijt? De gebakken rijst smaakte al niet zo geweldig. Toen ik beroerd op bed wilde gaan liggen, zag ik dat het matras op de grond krioelde van de mieren. Anton vertelde dit aan de eigenaresse, maar die reageerde niet heel verbaasd. Ze bood ons rustig een andere kamer aan, waarna we razendsnel onze spullen verhuisden.
Hoewel we allebei nog niet helemaal fit waren, fietsten we de volgende dag toch maar verder. Na zeven dagen voltooiden we de Mae Hong Son-loop. Moe maar voldaan trakteerden we onszelf op een mooi (en schoon!) hotel in Chiang Mai.
De laatste dagen van het jaar fietsten we verder richting Laos. Kerst vierden we in het Thaise Chiang Rai, waarna het nog maar een dag fietsen was naar de grens.
Voordat we overstaken naar Laos, brachten we nog een bezoekje aan onze geliefde 7-Eleven. Deze supermarkt is echt de natte droom voor elke bikepacker. Ze verkopen er onder andere prima koffie, allerlei snacks, croissants, gekke jellytoetjes, gekookte eieren en kant-en-klaarmaaltijden. Onze favoriet is de kaastosti uit het koelschap. Deze wordt na het afrekenen namelijk vers afgebakken in een tosti-ijzer bij de kassa. Geweldig! Albert Heijn, lees je mee? Uiteraard ontbeten we voor de laatste keer in Thailand met zo’n tosti.
Eenmaal de grens over fietsten we meteen door naar het vertrekpunt van de slowboat. Hier kochten we kaartjes voor de reis naar Luang Prabang, de tocht waar ik dit blog begon: twee dagen à zeven uur per dag op de boot, met een tussenstop inclusief overnachting.
De tocht over de Mekong-rivier was hartstikke mooi. Erg leuk om het landschap een keer vanaf het water te zien. We zagen onderweg veel waterbuffels, houten huisjes aan de rivier en mensen in kleine vissersbootjes.
We bleven drie dagen in Luang Prabang om dit bijzondere jaar relaxed af te sluiten. De eerste dag vermaakten we ons prima met koffie drinken en een beetje rondwandelen. Laos is een Franse kolonie geweest en daar zie je in Luang Prabang nog veel van terug. Vooral in de huizen, en in de baguettes en croissants die je overal kunt kopen.
Op dag twee hadden we een uitje: we gingen naar de Khuang Si watervallen, hét toeristische uitstapje om te doen als je in ‘LPB’ bent. Althans, we werden drie dagen lang elke dag wel honderd keer door een tuktuk-chauffeur gevraagd of we naar de watervallen wilden… We hadden geen zin om te fietsen en ook niet in een gare tuktuk, dus we huurden een scooter. Dat was al een avontuurtje op zich. Anton reed, ik zat achterop. Na een klein uurtje scooteren waren we er. Ik moet zeggen: het was mooi om te zien. We hebben deze reis al meerdere watervallen mogen zien, maar deze waren toch weer anders. Een beetje sprookjesachtig. En het leukste was: je kon er ook zwemmen! Dus dat deden we.
Op Oudejaarsavond gingen we naar de gezellige night market. Er speelde een band die Engelse en Laotiaanse liedjes zong. Ook de burgemeester kwam een liedje zingen over zijn stad. Dat was hilarisch, want hij zong enorm vals. Daar hebben ze hier sowieso een handje van in dit land. Als je ‘s avonds over straat loopt, hoor je overal keiharde muziek waarbij een persoon vol overgave (en vals dus) meezingt. Een soort karaoke. Ze hebben er de grootste lol in.
Na al dit muzikale vermaak werd er afgeteld en luidden we het nieuwe jaar in. Op naar nog meer mooie avonturen en vooral veel liefde en gezondheid, ook voor jullie allemaal.
Liefs!
Nathalie
hongerklop.cc . Alle rechten voorbehouden.